Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [6]Zou ik ook, als gijlieden, spreken, [7]indien uw ziel ware in mijner ziele plaats? Zou ik woorden tegen u samenhopen, en zou ik [8]over u met mijn hoofd schudden? 6. Te weten, mij uitgevende voor een vertrooster. Anders, ik mocht ook als gijlieden spreken, indien enz., ik mocht woorden tegen u, enz., en ik mocht over u, enz. 7. Dat is, zo uw personen in de plaats van mijn persoon waren, lijdende hetzelfde lijden, waar ik nu in ben. Ziel voor persoon; zie Gen.12:5. 8. Dat is, u verachten en bespotten, en dat bewijzen met het schudden des hoofds. Zie 2 Kon.19:21. Hij wil zeggen dat hij zulks niet doen zou, want al deze vragen hebben kracht om te loochenen, gelijk het blijkt uit vs.5.